A|A|A
kinderneurologie

 

 

 

 

 



Ziektenbeelden

Vraag om informatie

Gastenboek

Van A tot en met Z

Praktische links

Contact met ouders

Zika virusinfectie


Wat is een zika virusinfectie?
Een zika virusinfectie is een ontsteking ergens in het lichaam die veroorzaakt wordt door besmetting met het zika virus.


Hoe wordt een zika virusinfectie ook wel genoemd?
Het zika virus is de naam van het virus die deze infectie veroorzaakt. Het virus wordt ook wel afgekort met de letters ZIKV.
Er wordt ook wel gesproken van zika koorts.

Flavi virus
Het zika virus behoort tot de groep van de flavi virussen.  Andere flavi virussen zijn het dengue-virus en virussen die St. Louis-encefalitis, West-Nijlkoorts en Japanse-encefalitis kunnen veroorzaken.

Arbo-virus
Het zika virus behoort toe een groep van virussen die arbo-virus worden genoemd. Arbo staat voor arthropod born, wat inhoudt dat het virus zich verspreid met behulp van een andere organisme. Het zika virus wordt namelijk meestal overgebracht door muggen.

RNA-virus
Het zika virus behoort tot de groep van de RNA-virussen. Het zika virus draagt een speciaal stukje erfelijk materiaal met zich mee (RNA) wat direct afgelezen kan worden in menselijke lichaamscellen en waardoor onderdelen voor nieuwe virussen worden gemaakt.


Hoe vaak komt een zika virusinfectie voor bij kinderen?
Het zika virus komt anno 2015 en 2016 veel voor in Zuid en Midden Amerika. De ziekte komt in beperkte mate ook in Azië voor. In Nederland komt dit virus niet voor. In Zuid en Midden-Amerika maken veel mensen een zika virusinfectie door. Hoe veel mensen precies deze infectie hebben gehad is niet goed bekend.


Bij wie komt een zika virusinfectie voor?
Een zika virusinfectie kan op elke leeftijd voorkomen, zowel bij kinderen als bij volwassenen. Zowel jongens als meisjes kunnen een zika virusinfectie krijgen. Ook ongeboren kinderen kunnen besmet raken met het virus.


Wat is de oorzaak van een zika virusinfectie?
Beet van een mug
De meeste mensen lopen een besmetting met het zika virus op door een beet van een speciaal soort mug. Deze mug wordt gele koortsmug of ook wel dengue mug (Aedes aegypti of soms Aedes africanus) genoemd. De mug steekt het liefst overdag of vroeg in de avond.

Andere manieren
Waarschijnlijk kan het virus ook overgedragen worden via zoenen waarbij iemand in contact komt met speeksel van iemand anders die besmet is met het zika virus. Ook kan de ziekte waarschijnlijk worden overgedragen door sexueel contact.

Zuid- en midden Amerika
Het zika virus is niet in Nederland, maar komt in 2015 en 2016 veel voor in Zuid en Midden Amerika. De muggen die het zika virus verspreiden komen in Nederland niet voor, zij kunnen in ons klimaat niet overleven. Kinderen en volwassenen kunnen wel besmet raken wanneer ze op vakantie gaan of verblijven in Zuid en Midden Amerika.
In Thailand en op de Filipijnen komt het zika virus al langer voor. De meeste mensen die daar wonen zijn al eens besmet geweest en hebben inmiddels afweerstoffen tegen het zika virus. Daarom komt het virus in deze landen nog maar weinig frequent voor. De kans om in Azië besmet te raken met dit virus is dus vele malen kleiner dan de kans op besmetting in Zuid- en Midden Amerika.

Incubatietijd
Wanneer iemand gebeten wordt door een mug die besmet is met het zika virus dan gaat het zika virus zich vermenigvuldigen in het lichaam van de besmette persoon. Wanneer er een bepaalde hoeveelheid virusdeeltjes in het lichaam van de besmetter persoon aanwezig zijn, zullen pas klachten ontstaan. Meestal ontstaan de eerste klachten tussen de drie en twaalf dagen na de besmetting. De tijd tussen de besmetting en het ontstaan van de eerste klachten wordt incubatietijd genoemd.

Niet iedereen krijgt klachten
Niet iedereen die besmet wordt met het virus, zal ook daadwerkelijk klachten krijgen. Het afweersysteem van de persoon die besmet is, probeert het virus uit het lichaam te verwijderen. Vaak lukt dit. Ongeveer één op de vier tot vijf personen die besmet is met het zika virus krijgt daadwerkelijk klachten als gevolg van de besmetting met het virus.

Overactief afweersysteem
Het afweersysteem van de persoon die besmet is met het zika virus gaat afweerstoffen aanmaken om het virus uit het lichaam te verwijderen. Bij een klein deel van de personen vertonen de zenuwen overeenkomsten met onderdelen van het zika virus. De afweerstoffen die het zika virus opruimen, kunnen dan ook de zenuwen in het lichaam aanvallen alsof de zenuwen ook virus zijn die opgeruimd moet worden. Hierdoor kan een ontsteking van de zenuwen in de armen en benen ontstaan. Ontstoken zenuwen kunnen hun functie niet goed uitvoeren, waardoor de persoon last krijgt van krachtsverlies en gevoelsveranderingen. Dus ook op deze indirecte manier kunnen klachten ontstaan als gevolg van besmetting met het zika virus.

Ongeboren kind
Wanneer een zwangere vrouw besmet raakt met het virus, dan kan dit virus via de moederkoek bij het nog ongeboren kind terecht komen. Het is niet duidelijk alleen gebeurd wanneer de moeder ook zelf daadwerkelijk ziek is geweest of dat dit ook kan gebeuren wanneer de moeder zelf niet ziek is geweest. Wanneer het virus bij het ongeboren kind in de hersenen terecht komt, dan kan het virus daar een negatieve invloed hebben op de aanleg van de hersenen. De hersenontwikkeling verloopt na besmetting van het virus niet meer zoals moeten, waardoor de hersenen van het ongeboren kind anders worden aangelegd en kleiner zijn dan gebruikelijk. Of het uitmaakt op welke tijdstip tijdens de zwangerschap het kind besmet wordt met het virus, is nog niet bekend. Van andere virussen, zoals het CMV-virus, is wel bekend dat het uitmaakt bij welke zwangerschapsduur het ongeboren kind besmet raakt.


Wat zijn de symptomen van een zika virusinfectie?
Griepachtig beeld
De meeste kinderen en volwassenen krijgen een griepachtig beeld wanneer ze besmet worden met het virus. Er ontstaat koorts, kinderen en volwassenen voelen zich niet lekker, rillerig, misselijk en hebben vaak last van hoofdpijn, spierpijn en gewrichtspijn in de handen en in de voeten. De handen en de voeten kunnen gezwollen raken. In het gezicht kan rode vlekkerige huiduitslag ontstaan, die zich langzaam uitbreid naar andere delen van het lichaam. Ook kunnen de ogen ontstoken raken, pijnlijk zijn en rood verkleurd zijn. Soms komen ook braken en/of diarree voor. De klachten houden meestal enkele dagen tot een week aan en verdwijnen daarna weer.

Ongeboren kind
Kinderen die geboren worden nadat ze in de baarmoeder besmet zijn geraakt met het zika virus, hebben vaak een kleiner hoofdje. Dit kleinere hoofdje wordt microcefalie genoemd.  De kleinere en anders gevormde hersenen functioneren minder goed, zodat veel kinderen die in de buik van de moeder besmet zijn geraakt met het zika virus een ernstige ontwikkelingsachterstand met of zonder epilepsie ontwikkelen.  Wanneer de infectie van het ongeboren kind te ernstig is, kunnen kinderen in de buik van moeder komen te overlijden.

Guillain-Barre syndroom
Een klein deel van de personen (geschat één op de 4000 besmette mensen) die besmet is met het zika virus ontwikkelt een Guillain-Barre syndroom. De zenuwen in het lichaam raken dan ontstoken waardoor in toenemende mate krachtsverlies en gevoelsveranderingen ontstaan in de armen en benen die zich steeds verder uitbreiden. Dit wordt het Guillain-Barre syndroom genoemd.


Hoe wordt de diagnose zika virus infectie gesteld?
Verhaal en onderzoek
Wanneer een kind of volwassene een griepachtig beeld ontwikkelt, na beet van een mug in een gebied waar het zika virus voorkomt, dan kan de diagnose zika virusinfectie worden vermoed. De symptomen van een zika virusinfectie lijken veel op de symptomen van knokkelkoorts (dengue) en chikungunya, virusinfecties die ook veel in Zuid- en Midden Amerika voorkomen.
Omdat er geen specifieke behandeling bestaat voor het zika virus, zal het meestal niet nodig zijn om nader onderzoek te verrichten.

Bloedonderzoek
Wanneer er wel behoefte is aan zekerheid of er sprake is van een zika virusinfectie dan kan bloedonderzoek verricht worden. In Nederland kan dit bloedonderzoek alleen via het RIVM of via het Erasmus MC in Rotterdam verricht worden. In bloed, urine of speeksel kan door middel van een virusvermenigvuldigingstechniek (PCR-techniek genoemd) het virus worden aangetoond binnen 5 dagen na het ontstaan van de eerste klachten. Na 5 dagen lukt het vaak niet meer om het virus aan te tonen, omdat het lichaam het virus dan zelf heeft opgeruimd
In het bloed kunnen ook antistoffen worden aangetoond tegen het zika-virus. Kort na besmetting kunnen zogenaamde IgM antistoffen worden gevonden, na enige tijd ontstaan ook IgG antistoffen en verdwijnen de IgM antistoffen weer. De IgG antistoffen blijven vele jaren aanwezig.
De test met de antistoffen is momenteel nog onvoldoende betrouwbaar, omdat de test ook positief kan worden, wanneer een kind of volwassene besmet is met een ander virus dan het zika virus.

Ongeboren kind
Wanneer er behoefte bestaat om te weten of een ongeboren kind besmet is met het zika virus dan kan een vruchtwaterpunctie worden verricht. Vervolgens kan gekeken worden met een PCR-techniek of het zika virus in het vruchtwater aanwezig is.  Deze techniek wordt in Nederland niet toegepast, omdat het verrichten van een vruchtwaterpunctie ook risico’s heeft op het krijgen van een miskraam en er geen behandelmogelijkheid bestaat indien het virus wordt aangetoond.
Wel wordt geadviseerd na een mogelijk besmetting met het zika virus tijdens de zwangerschap Echo’s te maken om te kijken of er een aanlegstoornis van de hersenen zichtbaar is.

Guillain-Barre syndroom
De diagnose Guillain-Barre syndroom kan gesteld worden op grond van het verhaal en de bevindingen bij lichamelijk onderzoek. Met behulp van een EMG kan de schade aan de zenuwen worden vastgesteld.

Hoe wordt een zika virusinfectie behandeld?
Zelf herstellen
De meeste mensen maken zelf afweerstoffen aan die het zika virus uit het lichaam verwijderen. Hierdoor zullen de klachten in de loop van enkele dagen tot een week afnemen en geheel verdwijnen. Een behandeling is niet nodig.

Paracetamol
Met behulp van paracetamol kunnen symptomen zoals koorts en spierpijn onderdrukt worden.

Guillain-Barre syndroom
Mensen die het Guillain-Barre syndroom krijgen als gevolg van een zika virusinfectie worden net zo behandeld als mensen die het Guillain-Barre syndroom krijgen als gevolg van een andere infectie.

Ongeboren kind
Er bestaat geen behandeling die een eenmaal ontstane besmetting van het ongeboren kind ongedaan kan maken.

Geen medicijn
Er bestaat geen medicijn de infectie met het zika virus kan onderdrukken.

Geen vaccin
Er bestaat geen vaccin tegen het zika virus.

Voorkomen besmetting
Het dragen van kleding die het hele lichaam bedekt, helpt om een beet van een mug te voorkomen. De onbedekte huid kan ingesmeerd worden met DEET. Het is verstandig om ’s nachts onder een klamboe te slapen die ingesmeerd is met DEET om muggenbeten in de nacht zo veel mogelijk te voorkomen.

Voorkomen besmetting ongeboren kind
Het is voor een vrouw die zwanger is of binnenkort zwanger wil worden niet aan te raden om naar Midden- of Zuid Amerika toe te gaan in 2016 om zo eventuele besmetting te voorkomen.
Mannen en vrouwen die korter dan een maand in Midden- of Zuid Amerika zijn geweest wordt aangeraden om een zwangerschap uit te stellen tot minstens een maand na terugkeer uit Midden- en Zuid Amerika en in tussentijd bij geslachtsgemeenschap een condoom te gebruiken. Dit omdat het ook mogelijk blijkt te zijn dat het virus door sexueel contact kan worden overgedragen. Wanneer iemand een maand na terugkeer niet ziek is geweest, dan kunnen deze voorzorgsmaatregelen weer gestopt worden en kan de vrouw weer zwanger worden.


Wat betekent het hebben van een zika virusinfectie voor de toekomst?
Goed herstel
De meeste kinderen en volwassenen herstellen spontaan en ook volledig nadat ze een zika virusinfectie hebben doorgemaakt.  Moeheid na doormaken van het virus kan nog enige tijd aanwezig blijven.
Ook mensen die als gevolg van het doormaken van een zika virusinfectie een Guillain-Barre syndroom krijgen, herstellen spontaan vaak goed. De mensen die tot nu toe een Guillain-Barre syndroom hebben ontwikkeld, blijken beter te herstellen dan mensen die om een andere reden een Guillain-Barre syndroom hebben ontwikkeld.

Immuniteit
Wanneer kinderen en volwassenen een keer een zika virusinfectie hebben meegemaakt, dan hebben zij in hun bloed afweerstoffen zitten. Wanneer ze opnieuw besmet worden met het zika virus, dan worden deze afweerstoffen meteen actief en kan op deze manier meestal voorkomen worden dat kinderen en volwassenen opnieuw een zika virus infectie krijgen. Dit wordt immuniteit genoemd.

Ongeboren kind
Wanneer de zika virusinfectie hersenbeschadiging veroorzaakt bij het ongeboren kind, dan zullen de meeste kinderen klachten krijgen en blijven houden als gevolg van de hersenbeschadiging. Vaak hebben kinderen een ernstige ontwikkelingsachterstand en is de kans groot dat zij epilepsie zullen ontwikkelen. De ernst van de ontwikkelingsachterstand zal samenhangen met de ernst en de uitgebreidheid van de hersenbeschadiging.

Levensverwachting
De meeste kinderen en volwassenen die een zika virusinfectie krijgen herstellen restloos en houden er geen klachten aan over. Hun levensverwachting is niet anders dan wanneer zij dit virus niet zouden hebben gekregen.
Kinderen die een hersenbeschadiging hebben opgelopen als gevolg van besmetting in de baarmoeder kunnen wel een verkorte levensverwachting hebben in geval van een ernstige ontwikkelingsachterstand en moeilijk behandelbare vormen van epilepsie.


Kunnen broertjes en zusjes ook een zika virusinfectie krijgen?
Wanner broertjes en zusjes ook in een gebied zijn waar zij besmet kunnen raken met het zika virus, dan kunnen zij ook zelf besmet raken. Niet ieder kind die besmet raakt, krijgt ook daadwerkelijk klachten. Wanneer een zwangere vrouw tijdens de zwangerschap besmet raakt, dan maakt deze zwangere vrouw antistoffen aan. Tijdens een volgende zwangerschap zullen deze antistoffen het ongeboren kind beschermen indien de moeder nog een keer een besmetting met het zika virus oploopt.

Wilt u dit document printen dan kunt u hier een pdf-versie downloaden.

Referenties
www.rivm.nl
(Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu)

Laatst bijgewerkt: 12 maart 2016

 

Auteur: JH Schieving

 

 

Hier is ruimte voor
Uw verhaal

Heeft uw kind nog andere symptomen, laat het ons weten.